(Een wat makkelijker uitleg) Zodra het vliegwiel gaat draaien wordt er in de ontstekingsspoel een wisselspanning opgewekt. (idem bij de lichtspoelen)
D.m.v voeding van ontstekingsspoel wordt er een condensator in je CDI voorzien van energie, (een condensator is een soort opslagvat voor elektrische energie)
d.m.v. een puls van je pick-up word deze opgeslagen energie "losgelaten" op je bobine daardoor komt er een spanning van rond de 10/20.000+Volt aan de secundaire kant van de bobine en dus op je bougie.
Deze beide signalen lopen naar je CDI, die pickup puls "bedient" een thyristor (soort electronische schakelaar) de thyristor schakelt de ontstekingspuls. Op de bobine zitten 3 aansluitingen, namelijk de massa en de andere 2 zijn de CDI en de Bougie aansluiting.
HV-supply = Aanvoer energie, (hoog voltage)
Capacitor = Condensator,
Switch = Thyristor, (schakelaar)
Ignition coil = Bobine,
Sparkplug = Bougie,
Sensor = Pick-up sensor,
Conditioning = Ontsteking + vliegwiel.
Op bovenstaande afbeelding zijn de pickupsensor en het vliegwiel met de donormagneet te zien. Belangrijk op dit punt is dat er twee merktekens op staan. Namelijk op 12 graden BDP en op 72 graden BDP. Zodra de strip langs de sensor gaat krijgt de CDI een signaal om de opgeslagen energie naar de bobine te sturen. Dus als de zuiger bovenin staat laat de CDI de opgeslagen energie los die vervolgens naar de bobine (en bougie) gaat en voor een krachtige vonk zorgt zodat er een explosie in de verbrandingskamer plaats vind.
De krukas en vliegwiel-spie:
Zoals je kunt zien op de pic's hebben zowel de krukas als vliegwiel een uitsparing en een inkeping. Die zitten er uiteraard niet voor niets.
Deze zijn bedoeld om het vliegwiel niet te laten verlopen zodat de bobine (en bougie) altijd op het juiste moment een signaal krijgen om het mengsel in verbrandingskamer te ontsteken.
De ontwikkelingen in de elektronische ontstekingen zijn dus met sprongen vooruit gegaan. De laatste jaren is een enorme vooruitgang geboekt door bij ieder toerental een ander ontstekingstijdstip toe te passen. Hierdoor zijn de motoren zuiniger en milieuvriendelijker geworden en leveren ze meer power/vermogen. Een goed startende scooter die in elk toerengebied prima loopt is het gevolg hiervan. Daarnaast zul je het ook merken in de pleuro-buidel want door deze moderne ontstekingtechniek is het brandstofverbruik een stuk lager dan vroeger het geval was.
Wat is een gelijkrichter/spanningsregelaar?
De naam zegt het eigenlijk al. De spanningsregelaar of gelijkrichter regelt de spanning van het electrische gedeelte van je scooter/brommer en zorgt er voor dat deze niet te hoog oploopt. De spanningsregelaar of gelijkrichter voorkomt schade aan je electronica.
Wat doet dit onderdeel?
Een spanningsregelaar zet de stroom die wordt opgewekt door de "dynamo/laadspoel(ontsteking)" in het motorblok om van een wisselspanning (AC) naar gelijkspanning (DC). Hierdoor wordt de accu van de scooter opgeladen, en krijgt het voor en achterlicht elektriciteit. Dit is simpel gezegd. Maar hoe werkt het nu toch echt in zo'n klein kastje zul je je afvragen. Hoe het werkt zal ik hieronder zo goed mogelijk proberen uit te leggen. Als voorbeeld nemen we een regelaar met 4 pins aansluitingen. (ze zijn er ook met 5/6 pins)
Spanningsregelaar 12V 4 pins aansluitingen.
Deze spanningsregelaar kent vier aansluitingen. Hierboven zie je ze op de foto aangegeven. Drie van de vier aansluitingen, de nummers 2, 3 en 4 staan in verbinding met de dynamo/ontsteking. De andere is rechtstreeks op de accu aangesloten om deze van laadstroom te voorzien.
nr 1: Rechtstreeks aangesloten op de + pool van de accu.
nr 2: Aangesloten op de ontsteking(laad)spoel.
nr 3: Aangesloten op de lichtspoelen van ontsteking.
nr 4: Aangesloten op de massa van dynamo/ontsteking.
Wat zit er in de spanningsregelaar?
In de spanningsregelaar zitten twee relais (op SMD* printplaat). Het eerste relais de automaat verbindt de accu door met de laadspoel van ontsteking. Het tweede relais, de regelaar, voorkomt dat de spanning die de laadspoel opwekt en aan de accu doorgeeft, te groot wordt waardoor de accu zou beschadigen. (* zie onderaan laatste post)
De automaat:
Om de accu op een goede manier op te laden moet de laadspoel van ontsteking de juiste spanning leveren. De automaat zorgt er voor dat de laadspoel alleen maar door verbonden wordt met de accu als deze ongeveer tussen de 12,4 en 13,2 volt levert.
De automaat is zo ingesteld dat als de spanning van de laadspoel het goede punt heeft bereikt, tussen 12,4 tot 13,2 volt, er via aansluiting 1, zoveel stroom door deze draad loopt, dat het magnetisch veld dat wordt ontwikkeld sterk genoeg is om het contact te sluiten. Op dat moment is er verbinding tussen laadspoel en accu en wordt de spanning doorgegeven die de spoel opwekt.
De ontstekingsspoel moet dus de accu opladen, en niet andersom. Voorkomen moet worden dat er een stroom loopt van accu naar de spoel. Als dat gebeurt moet het contact open staan, zodat de ontlading niet plaats kan vinden. Dat wordt geregeld door de tweede dunnere winding van de automaat. Als er nu stroom gaat lopen van accu naar ontsteking, dan loopt deze naar (massa) aarde. Als deze maar groot genoeg is gaat het contact weer open, en wordt de verbinding tussen accu en spoel verbroken, waardoor er geen verdere ontlading van de accu meer plaats kan vinden.
De regelaar:
De taak van de regelaar, het tweede relais, is er om voor te zorgen dat de spanning die de spoel doorgeeft aan de accu niet te hoog wordt, waardoor de accu zou beschadigen. Overigens beschadigt dan niet alleen je accu. Ga maar na, als er een te hoge spanning doorgegeven wordt aan je accu, gaan er zekeringen uitklappen, lampen doorbranden en kan andere narigheid veroorzaken.
Om de werking van de regelaar enigszins te kunnen snappen moet je iets weten van de werking van de dynamo/laadspoel. Als je de dynamo van onze scooters vergelijkt met een fietsdynamo, dan is het basisprincipe hetzelfde. De dynamo/laadspoel levert spanning tussen de + klem en massa. Hoe harder hij draait (vliegwiel), hoe meer spanning er geleverd wordt. Verschil tussen beide dynamo's is dat onze dynamo/spoel een extra wikkeling heeft, de zogenaamde veldwikkeling. Zonder nu precies de werking hier uit te leggen, de veldwikkeling maakt het mogelijk om van buitenaf het gedrag van de dynamo/spoel te sturen. Dat sturen gebeurt door de regelaar. Er zijn twee situaties die door de regelaar bepaald worden:
1: de veldwikkeling wordt direct op de spoelspanning geschakeld.
Hierdoor levert de spoel zelf maximale spanning door aan de accu.
2: de veldwikkeling wordt via een extra weerstand op de spoel geschakeld. Hierdoor levert de spoel een verminderde spanning door aan de accu.
Hierboven is de regelaar schematisch getekend. Hij staat daar in de zogenaamde rusttoestand. Punt 5 (veldklem van de spoel) is doorgeschakeld met punt 7, de + klem van de spoel. De spoel levert maximale spanning(zie punt 1 hierboven). Tussen de punten 1 en 2 loopt de stroom die de spoel levert. Tussen 3 en 4 staat de spanning die de spoel levert. Maakt de motor meer toeren, levert de spoel meer stroom en spanning, en sluit het relais. Op dat moment is de veldklem (5) niet meer rechtstreeks op de + klem van de spoel (7) geschakeld, maar via een extra weerstand (6). Daardoor vermindert de spanning die de spoel afgeeft (zie punt 2 hierboven). Op die manier wordt voorkomen dat bij een hoog RPM de spoel een te hoge spanning aflevert, wat zou kunnen leiden tot beschadiging van de accu en het springen/klappen van verlichting.
Als dan het toerental weer zakt, en het relais weer omgaat in de rusttoestand, wordt de extra weerstand uitgeschakeld en mag de spoel weer vol vermogen leveren. Tijdens het rijden gaat het relais dus steeds om, afhankelijk van het aantal RPM van de motor en dus ook van de spoel.
Behuizing van de regelaar.
Het interne gedeelte van de regelaar zit uiteraard in een beschermd omhulsel.
Dit omhulsel is voorzien van een aluminium legering voorzien van koelribben.
De legering is ter bescherming en om de warmte goed te kunnen afvoeren.
De koelribben zorgen dat er voldoende koeling is d.m.v de rijwind gebruik te maken.(zie bijgevoegd bestand)
De regelaar zit dan ook meestal op een plek gemonteerd waar hij van voldoende rijwind (koeling) voorzien wordt. Zou dit niet het geval zijn dan zal de regelaar binnen de kortste keren doorbranden vanwege onvoldoende warmteafvoer en koeling. (wordt dan gloeiend heet)
Wat is SMD?
Zowel de CDI als de regelaar zijn voorzien van een SMD printplaat.
CDI (binnenkant) SMD printplaat.
Wil je meer weten over de SMD "Surface Mount Device", of SMT "Surface Mount Technology" techniek kun je er het best een goed artikel over opzoeken aangezien electronica een breed gebied bestrijkt.
Of kijk eens naar een moederboard van een computer.
Daar wordt dus SMD of SMT bedoeld..